Op  4 februari had ik drie echte whiskyliefhebbers op bezoek. Boudewijn, Karel en Paul, die alle drie al het een en ander gewend waren kon ik natuurlijk niet zomaar een paar simpele whisky's voorzetten. Alle drie werken ze of hebben gewerkt bij Rovin, dus ik heb een paar flessen uitgezocht die wat meer bijzonder waren. We startten met een Longmorn 16 jaar die goed werd ontvangen en een stevige bite had voor een highland whisky. Vervolgens volgde The Gentle Dram, Tomintoul van 27 jaar: een whisky die nergens meer te krijgen is. Deze lichtvoetige, maar toch wel complexe whisky is als een vlinder in de zomer. De Laphroaig van 18 jaar viel goed in de smaak. Hoewel peated is deze whisky zachter dan zijn jongere broertjes en minder sterk turfachtig smakend.

De a'Bunadh (19e release) van Aberlour is gewoon een topper. Vol, complex, strak en erg lekker. Met de Lagavulin hadden we aanvankelijk wat moeite omdat het duidelijk twee smaakpatronen had die streden om de voorgrond. Eenmaal eraan gewend was het toch een zeer verrassende en lekkere whisky. De laatste whisky was een Bruichladdich Octomore, die met zijn 167 pppm de sterkst geturfde whisky ter aarde is. Toch was de turfsmaak niet te sterk overheersend.

Tussen de whisky's door hebben we wat hapjes, water en stokbrood genomen. De Famous Grouse, die als referentiewhisky dienst deed was aan het einde net water. Een geslaagde avond.